Taiping, 15 april 2009
Opgerekt
Aan elke reis komt een eind.
Maar dit einde komt me te vroeg.
Dit eind klopt niet.
De laatste overnachting is wat warrig.
Ik slaap slecht, mis een laken.
De ochtendkrant heeft geen nieuws.
Alsof vandaag niet bestaat.
Het is raar om afscheid te nemen van de roti canai shop,
mijn vaste plek voor ontbijt.
Ik moet opschieten om de trein te halen naar Kuala Lumpur.
Onderweg begint het te regenen.
Dat is heel raar.
Normaal begint de regen hier pas aan het eind van de middag.
Het is alsof Taiping me wil tegenhouden.
Op het station willen de trappers van mijn fiets niet los.
De conducteur doet moeilijk over mijn fiets.
Had ik geen nachttrein kunnen nemen?
Er zit een dame op mijn gereserveerde stoel.
Ook dat klopt niet.
Ik pak mijn ticket erbij.
Mijn stoelnummer klopt.
De datum klopt niet met mijn horloge.
Ik ben een dag te vroeg!
Snel laad ik baggage en fiets weer uit.
Op het perron komt de conducteur naar me toe.
Er is plaats vandaag, ook met een ticket voor morgen.
Nee bedankt.
De tijd in Maleisië is van rubber.
Mijn vakantie is plotseling met een dag opgerekt.
Ik ga genieten van een luie extra dag!
Tot
de volgende noot,
Henk Jan Nootenboom